Ga naar main content

Osteoporose wordt vaak ten onrechte gezien als een ziekte die vooral vrouwen treft, met name na de menopauze. Echter, ook veel mannen ontwikkelen deze aandoening. Sterker nog. Een recente publicatie uit 2024 over osteoporose bij mannen benadrukt dat mannen, ondanks het lagere risico vergeleken met vrouwen, aanzienlijke gevolgen kunnen ondervinden van osteoporose, waaronder een hogere kans op fracturen en mortaliteit.

Naar aanleiding van de meest recente data van de IOF (International Osteoporosis Foundation) geven we hier beknopt weer wat de impact van osteoporose is in Nederland, wat de risicofactoren zijn en wat de gevolgen zijn van osteoporotische breuken voor zowel mannen als vrouwen.

Osteoporose in Nederland

In 2018 werd nog bij 495.900 Nederlanders osteoporose geconstateerd, waarvan 418.600 vrouwen en 77.300 mannen. Dat betekent dat ongeveer 1 op de 20 vrouwen en 1 op de 100 mannen last had van deze aandoening. Het werkelijke aantal osteoporose gevallen ligt veel hoger om verschillende redenen waaronder:

A-symptomatisch verloop

Osteoporose ontwikkelt zich langzaam en veroorzaakt vaak geen merkbare symptomen totdat er een botbreuk optreedt. Veel mensen zijn zich er niet van bewust dat ze osteoporose hebben omdat ze geen pijn of andere duidelijke tekenen ervaren. Dit leidt tot onderdiagnose, omdat mensen pas medische hulp zoeken na een fractuur

Gebrek aan screening

Osteoporose wordt vaak pas ontdekt wanneer een patiënt een breuk oploopt, in plaats van door preventieve screening. Mensen zonder breuken worden zelden getest, tenzij ze specifieke risicofactoren hebben, zoals langdurig gebruik van corticosteroïden of een familiegeschiedenis van osteoporose. In veel landen, waaronder Nederland, worden botdichtheidsmetingen (zoals DEXA-scans) nog niet standaard aangeboden aan alle risicogroepen.

Osteoporose is een typische vrouwenziekte

Hoewel osteoporose vaker voorkomt bij vrouwen, vooral na de menopauze, lopen ook mannen risico op botverlies, vooral op latere leeftijd. Omdat osteoporose meestal wordt beschouwd als een aandoening die voornamelijk vrouwen treft, wordt de diagnose bij mannen vaak gemist of over het hoofd gezien, wat bijdraagt aan het lagere aantal geregistreerde gevallen bij deze groep.

In Nederland was het geschatte aantal mensen met osteoporose in 2019 daarom ongeveer 976.000 (4,9% van de totale bevolking). Gelukkig breekt niet iedereen een bot door osteoporose. Toch werden er in 2019 99.600 osteoporotische botbreuken geregistreerd  en dit aantal zal naar verwachting met 37,4% toenemen in 2034, tot 137.000 breuken.

De gevolgen van osteoporotische breuken

De meest voorkomende osteoporotische breuken zijn ernstig en kunnen leiden tot een verlies van mobiliteit, verhoogde zorgbehoefte en zelfs sterfte. De verdeling van deze breuken in Nederland is als volgt:

  1. Heupfracturen: Deze vormen ongeveer 25-30% van alle osteoporotische breuken. Heupfracturen zijn vaak het ernstigst, omdat ze leiden tot langdurige ziekenhuisopnames en een verhoogd risico op overlijden, vooral bij oudere patiënten.
  2. Wervelfracturen: Ongeveer 30-50% van de mensen met osteoporose ervaart wervelfracturen. Deze breuken blijven vaak onopgemerkt omdat ze niet altijd gepaard gaan met duidelijke symptomen, maar ze vergroten het risico op toekomstige breuken aanzienlijk.
  3. Polsfracturen: Polsfracturen komen vaak voor na een val en vormen ongeveer 15-20% van de osteoporotische breuken.
  4. Andere fracturen: Daarnaast komen breuken in de schouder, bekken en ribben regelmatig voor, hoewel minder vaak dan heup-, wervel- en polsfracturen.

Verschillen in zowel het aantal osteoporotische breuken als de gevolgen bij vrouwen en mannen

Vrouwen lopen een aanzienlijk hoger risico op osteoporotische breuken dan mannen. Ongeveer 70 tot 80% van de osteoporotische breuken treft vrouwen, vooral na de menopauze, wanneer de afname van botdichtheid versnelt door de daling van het hormoon oestrogeen. De resterende 20 tot 30% van de gevallen treft de mannen . Hoewel osteoporose minder vaak voorkomt bij mannen, neemt het risico op breuken aanzienlijk toe met het vorderen van de leeftijd, vooral na het 70e jaar doordat er minder aan preventie van osteoporose gedaan wordt bij mannen.

Waarom hebben mannen vaak ernstigere gevolgen?

Mannen met osteoporose lopen vaak meer risico op ernstige complicaties na een fractuur dan vrouwen. De sterftecijfers na een heupfractuur zijn bij mannen aanzienlijk hoger dan bij vrouwen, met een geschat sterfterisico van 20-37% binnen een jaar na de fractuur.

Er zijn verschillende redenen voor deze verhoogde risico's bij mannen:

  1. Pas op latere leeftijd de diagnose en behandeling: de ziekte wordt nog steeds gezien wordt als een "vrouwenkwaal". Hierdoor krijgen mannen niet altijd preventieve zorg voordat een fractuur optreedt, wat leidt tot ernstigere gevolgen wanneer een breuk zich daadwerkelijk voordoet.
  2. Ernstigere gezondheidscomplicaties: wanneer mannen op latere leeftijd een fractuur  krijgen hebben ze vaak al bijkomende gezondheidsproblemen zoals hart- en vaatziekten of diabetes, die hun herstel belemmeren en het risico op sterfte verhogen.
  3. Langzamer herstel: Mannen herstellen over het algemeen langzamer van een heupfractuur (zie punt 1), wat weer kan leiden tot langere periodes van immobiliteit. Dit verhoogt het risico op complicaties zoals infecties, trombose en longontsteking.
  4. Hogere mortaliteit na fracturen: De sterftecijfers na een heupfractuur bij mannen zijn aanzienlijk hoger dan bij vrouwen, vooral door de bovengenoemde complicaties.

Risicofactoren voor osteoporose bij mannen

Hoewel osteoporose dus vaker bij vrouwen voorkomt, zijn er specifieke risicofactoren die mannen kwetsbaarder maken voor deze aandoening. Enkele van de belangrijkste risicofactoren voor mannen zijn:

  1. Leeftijd: Het risico op osteoporose bij mannen neemt toe na de leeftijd van 70 jaar.
  2. Verlaagde testosteronspiegel: Een lage testosteronspiegel (hypogonadisme) draagt bij aan botverlies bij mannen.
  3. Leefstijl: Onvoldoende lichaamsbeweging, roken en overmatig alcoholgebruik verhogen het risico op botverlies bij mannen.
  4. Voeding: Een tekort aan calcium en vitamine D is een belangrijke risicofactor voor osteoporose.

Behandeling en preventie

De behandeling van osteoporose bij mannen is de afgelopen jaren gelukkig verbeterd. Internationale richtlijnen en aanbevelingen zoals die van de European Society for Clinical and Economic Aspects of Osteoporosis (ESCEO), benadrukken steeds vaker het belang van tijdige diagnose en behandeling bij mannen.

Er wordt aangeraden om mannen met een hoog fractuurrisico (zie onderstaande tabel)  te behandelen met medicijnen zoals bisfosfonaten en denosumab, samen met vitamine D- en calciumsuppletie.

Daarnaast wordt het gebruik van de FRAX-tool aanbevolen om het risico op breuken in te schatten en de noodzaak van behandeling te bepalen. Voldoende beweging en een gezond dieet spelen ook een belangrijke rol in het behoud van sterke botten.

Toch blijft het noodzakelijk dat er meer aandacht wordt besteed aan osteoporose en de gevolgen voor mannen.

Tabel risicofactoren osteoporose

De Richtlijn Osteoporose en Fractuurpreventie van CBO bevat een instrument om het risico op osteoporose te berekenen voor patiënten boven de 60 jaar zonder recente fracturen. Bij 4 punten of meer wordt onderzoek zoals een DEXA-meting  geadviseerd.

 

 

RISICOFACTOREN OSTEOPOROSE

Risico score

Gewicht <60 kg en/of BMI < 20 kg/m2 a

1

Leeftijd > 60 jaar

1

Leeftijd > 70 jaar (dan risicoscore > 60 jaar niet extra meetellen)

2

Eerdere fractuur na het 50ste levensjaar b

1

Heupfractuur bij (één van) de ouders

1

Verminderde mobiliteit c

1

Reumatoïde artritis

1

Meer dan 1 keer vallen in het laatste jaar d

1

Aandoening of situatie geassocieerd met secundaire osteoporose e

1

Gebruik van glucocorticoïden (>3 maanden; >7,5 mg/dag) f

4

a -Bij een lengte < 1,73 meter is de BMI te prefereren boven het absolute gewicht van 60 kg (bij een lengte > 1,73 meter heeft iedereen met een gewicht < 60 kg een BMI < 20 kg/m 2 ).

b -Bij recente fractuur (korter dan 1 jaar geleden).

c -Gedefinieerd als hulpmiddel bij lopen of  >  4 weken niet lopen in het laatste jaar

d -Bij regelmatig vallen (> 1 keer in het laatste jaar).

e- Aandoening of situatie geassocieerd met secundaire osteoporose:

  • Onbehandeld hypogonadisme (laag testosteron) bij mannen en vrouwen.

  • Darmziekten: Ziekte van Crohn en colitis ulcerosa.

  • Chronische malnutritie, malabsorptie, coeliakie.

  • Andere chronische inflammatoire aandoeningen.

  • Orgaantransplantatie.

  • Type I diabetes mellitus.

  • Schildklieraandoeningen: onbehandelde hyperthyreoïdie

  • Gebruik van anti-epileptica.

  • Onbehandelde hyperparathyreoïdie.

  • COPD.

  • M. Cushing.

  • Pernicieuze anemie, lage zonlichtexpositie, diabetes mellitus type 2.

  • Gebruik van glucocorticoïden.

f- Afhankelijk van glucocorticoïdendosering en fractuurverleden.

Over de schrijver

Ivan Pakan

Industrieel ontwerper uit Delft. Stond samen met zijn vader, Dr. Igor Pakan, aan de wieg van Ovovital. Productontwikkelaar in hart en nieren. Geïnteresseerd in gezondheid en voeding in en in het bijzonder de rol van mineralen en eiwitten bij osteoporose en artrose.

Ervaar het zelf

Met Ovovital komt u verder

Je bent nooit te oud om weer in beweging te komen. Natuurlijk met Ovovital. Na 6 tot 8 weken merkt u vanzelf het verschil. 

Welkom bij Ovovital

Cookieverklaring

Onze website maakt gebruik van cookies. Meer hierover kun je lezen in onze privacyverklaring

Back to top